Mr. R.A. Blom, mr. E. Jacobs
M. Horstman - JPR Advocaten
R.G. de Kruif - Kifid
D.M.A. Gerdes - Kifid, T.R.G. Leyh - KNB
T. Drenth - Clifford Chance LLP
S.A. Kruisinga - Van Benthem & Keulen B.V. en Molengraaff Instituut voor Privaatrecht (UU)
A.L.H. Ernes - OU
P.F. Salome - Van Traa Advocaten, T.A. Uildriks - Van Traa Advocaten
T. Holsbrink - Van Traa Advocaten
M. Nijland - Triodos Bank, F. Faes - Kifid
C.J. de Jong - UvA Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS)
T. Giesbertz - Van Traa Advocaten, P.A.M. Seck - Secklaw, E.A.M. Heijdra - ARAG SE
M.J.R. Maas - JPR Advocaten
J.L. Snijders - FIZ Advocaten, Y.C. Tonino - FIZ Advocaten
Enkele gedachten naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad van 9 september 2022
Opnieuw moet de Hoge Raad zich buigen over de vergoeding van de kosten van de verzekerde tot vaststelling van de schade. De Hoge Raad oordeelt dat de buitengerechtelijke kosten van de verzekerde, die in dit geval bepaalde declaraties van de advocaat betroffen, in beginsel wel vergoed moeten worden. De kosten hebben betrekking op het vaststellen van de omvang van de schade. De kosten zijn daarvoor voldoende duidelijk. Van artikel 7:959 lid 1 BW mag niet ten nadele van de verzekerde worden afgeweken. In deze bijdrage gaan de auteurs in op het arrest van de Hoge Raad, het karakter van artikel 7:959 lid 1 BW en trekken zij een aantal lessen voor de praktijk uit de overwegingen van de Hoge Raad.
Om toegang te krijgen tot het gehele artikel heeft u een abonnement nodig. Meer informatie over de abonnementsvormen en prijzen kunt u hier vinden.
Abonneren op dit tijdschrift