Mr. W.N. Schreuder, mr. J.H. Broek
Prof. mr. B.T.M. Steins Bisschop
Mr. E.R. Roelofs, mr. G.C. van Eck
De Shell Nigeria-zaak: de eerste Nederlandse foreign direct liability-zaak voor de civiele rechter. Over internationale rechtsmacht, toepasselijk recht, ontvankelijkheid, aansprakelijkheid en public interest litigation
Op 30 januari 2013 heeft de rechter in Den Haag uitspraak gedaan in de Shell Nigeria-zaak. Niet de moedervennootschappen maar alleen de Nigeriaanse vennootschap van het Shell-concern is civielrechtelijk aansprakelijk voor de olieverontreiniging in 2006 en 2007 in Nigeria. Met deze uitspraak zou Nederland de deuren hebben opengezet voor meer soortgelijke zaken. Daarom wordt in deze bijdrage uitvoerig ingegaan op deze eerste Nederlandse foreign direct liability-zaak die door Nigeriaanse boeren en vissers en Milieudefensie voor de civiele rechter aanhangig is gemaakt. Daarnaast worden een aantal zaakoverstijgende bijzonderheden uitgelicht om antwoord te kunnen geven op de nog altijd prangende vraag wat het ‘resultaat’ zou zijn geweest indien Nederlands recht van toepassing was. In het licht van deze zaak is inmiddels het voorstel gedaan om de exhibitieplicht naar Engels disclosure model te verruimen.
Om toegang te krijgen tot het gehele artikel heeft u een abonnement nodig. Meer informatie over de abonnementsvormen en prijzen kunt u hier vinden.
Abonneren op dit tijdschrift