Een bespreking van de zaak BAT/Atradius (HR 6 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:235). Had BAT het ongevraagd moeten mededelen? Of had Atradius ernaar moeten vragen?

Dit artikel gaat over een zogenoemde ‘verzwijgingszaak’, die tot aan de Hoge Raad gevoerd is tussen British American Tobacco Nederland B.V. en Atradius Credit Insurance N.V. Laatstgenoemde kredietverzekeraar heeft uitkering geweigerd aan BAT, omdat BAT de precontractuele mededelingsplicht (art. 7:928 BW) zou hebben geschonden.

Er komen verschillende rechtsvragen aan de orde in de zaak BAT/Atradius. Wanneer is sprake van een vragenlijst in de zin van art. 7:928 lid 6 BW? En wat is de juridische betekenis van een door de aspirant-verzekeringnemer te ondertekenen verklaring, waarin staat dat hem geen ongunstige feiten bekend zijn die van invloed kunnen zijn op de beoordeling van de kredietwaardigheid van de in de kredietverzekering op te nemen debiteuren? Hoever reikt de precontractuele mededelingsplicht van de aspirant-verzekeringnemer bij een kredietverzekering?