Jan Hallebeek
Olav Boelens
Ad van der Helm
Hansko Broeksteeg, Teunis van Kooten
Marina Molenaar
Tymen van der Ploeg
Leon van den Broeke
Van de hoofdredactie
Voor u ligt NTKR 2023-2. Deze editie betreft een themanummer en is gewijd aan interesse- en onderzoeksgebieden van onze oud-hoofdredacteur dr. mr. A.P.H. (Ton) Meijers.
Hij was betrokken bij de oprichting van NTKR en behoorde tot de eerste hoofdredacteuren. Tot in het jaar 2021 was hij universitair hoofddocent canoniek recht bij de Faculteit Katholieke Theologie van de Universiteit van Tilburg. In die functie heeft hij een belangrijke bijdrage geleverd aan de doordenking van het canoniek recht binnen de Rooms-Katholieke Kerk. Zo verscheen enkele jaren geleden van zijn hand nog een tweedelig compendium van het katholiek canoniek recht. Daarnaast heeft hij veel publicaties over met name de parochie op zijn naam staan.
Ook vervulde – en vervult – hij verschillende nevenfuncties. Zo is hij bijvoorbeeld bestuurslid van de Stichting Utrechts Religieus Erfgoed. Een belangrijke nevenactiviteit is zingen tijdens de eredienst: vele jaren was hij lid van het Kathedrale Koor Utrecht.
Boven dit alles is Ton Meijers vooral ook een warm en gunnend mens.
In 2021 ging hij met pensioen. Dat vond geruisloos plaats ten tijde van de pandemie. Het leek ons gepast, ook vanwege zijn grote betekenis voor het onderzoek op het snijvlak van religie en rechtsterrein, dit nummer aan hem te wijden en een aantal bijdragen te publiceren die raken aan zijn interesses, in het bijzonder het canoniek recht.
In deze editie treft u eerst een bijdrage aan van Jan Hallebeek over een historisch onderwerp, namelijk het onderwijs van Aloysius Mödder in het canoniek recht.
Olav Boelens heeft een bijdrage geschreven waarin een vergelijking van de Fundamentele Wet van de Kerk (Lex Ecclesiae Fundamentalis) en het Handvest van de Europese Unie centraal staat, onder de titel ‘In hoeverre is de Fundamentele Wet van de Kerk (1980) een waardig constitutioneel document?’.
Ad van der Helm staat in zijn bijdrage stil bij de liturgie en kerkmuziek binnen de Rooms-Katholieke Kerk. Zijn bijdrage is getiteld ‘Wie zingt in de kerk het hoogste lied?’
Hansko Broeksteeg en Teunis van Kooten wijden hun bijdrage aan de positie van de twee kathedrale koorscholen die ons land rijk is, zowel in rechtspersonenrechtelijk opzicht als in de onderwijswetgeving.
Marina Molenaar beschrijft in haar bijdrage de canoniekrechtelijke positie van katholieke liefdadigheidsorganisaties en de bescherming van hun vermogen.
Tymen van der Ploeg gaat in zijn bijdrage in op de overgang van kerkelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen van het kerkelijk recht naar het privaatrecht of juist in tegengestelde richting.
Leon van den Broeke neemt u in zijn bijdrage mee naar het protestantse erf: hij gaat in zijn bijdrage in op de relatie tussen kerk en overheid vanuit het perspectief van het in dit jaar ontstane kerkverband van de Nederlandse Gereformeerde Kerken.
Naast de themabijdragen bevat het nummer ook een boekbespreking. Frank van Putten heeft een recensie geschreven van het boek Pandemieën en protestanten. De omgang met infectieziekten in protestants Nederland sinds 1800.
Wij wensen u veel leesplezier toe en een mooi 2024!
De hoofdredactie
Leon van den Broeke, Hansko Broeksteeg, Auke Dijkstra en
Teunis van Kooten