Mr. W.H. Slootweg
Mr. P. van Haastrecht-van Kuilenburg
Mr. dr. C.J. de Jong
M. Horstman - JPR Advocaten
R. de Kruif - Kifid
D.M.A. Gerdes - Kifid, T.R.G. Leyh - KNB
C.O.A. Smit - Clifford Chance LLP
S.A. Kruisinga - UU/Van Benthem en Keulen
A.L.H. Ernes - OU
P.F. Salome - Van Traa Advocaten, T. Uildriks - Van Traa Advocaten
T. Holsbrink - Van Traa Advocaten
M. Nijland - Triodos Bank, F. Faes - Kifid
C.J. de Jong - UvA Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS)
T. Giesbertz - Van Traa Advocaten, P.A.M. Seck - Van Dorth Advocaten
M.J.R. Maas - JPR Advocaten
J.L. Snijders - FIZ Advocaten, Y.C. Tonino - FIZ Advocaten
Volhardende verzekerde verwijt tussenpersoon na moeizame schadeafwikkeling een zorgplichtschending wegens onderverzekering
Dit arrest handelt over de afwikkeling van drie door verzekerde in de jaren 1996, 2001 en 2002 geleden brandschades. De betrokken partijen waren Vugts Verzekeringen B.V., Vugts Volmacht B.V., Nationale-Nederlanden Schadeverzekering Maatschappij N.V. alsmede de door Nationale-Nederlanden ingeschakelde experts en de door verzekerde benoemde contra-experts. Verzekerde stemt aanvankelijk met geen van de schadevaststellingen in. Uit de daaraan ten grondslag liggende taxaties bleek dat er geen sprake was van onderverzekering Uiteindelijk gaat verzekerde in 2014 akkoord met het in 2008 door een expert bij wijze van bindend advies vastgestelde schade. Verzekerde ontvangt via Vugts Volmacht een bedrag van € 251 728,60 en stelt vervolgens Vugts Verzekeringen aansprakelijk voor de uit de bindende schadevaststelling gebleken onderverzekering en de vertraging in de afwikkeling daarvan. Volgens de rechtbank was er geen sprake van een zorgplichtschending en ook het hof kwam tot die conclusie. Verwijzend naar de polisvoorwaarden komt het hof tot het oordeel dat verzekerde was gebonden aan de door diens contra-expert geaccordeerde taxatie. De Hoge Raad acht dit oordeel onvoldoende gemotiveerd: de verwijzing naar de polisvoorwaarden kan dat oordeel niet dragen. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het hof en verwijst het geding naar het hof Arnhem-Leeuwarden ter verdere behandeling en afdoening.
Om toegang te krijgen tot het gehele artikel heeft u een abonnement nodig. Meer informatie over de abonnementsvormen en prijzen kunt u hier vinden.
Abonneren op dit tijdschrift