Mr. Th.J.M. van Mierlo
Mw. mr. S.E. Poutsma
Prof. mr. M.B.M. Loos
Prof. mr. E.H. Hondius
Mw. dr. V. Mak
Prof. mr. M.B.M. Loos
Mw. mr. M.Y. Schaub
Reisovereenkomst 2008-2012
Ofschoon er veel geprocedeerd wordt over geschillen die samenhangen met (pakket)reizen wordt er maar betrekkelijk weinig rechtspraak gepubliceerd, laat staan dat de uitspraken van rechter en geschillencommissie in een breder kader worden geplaatst. In de (vrij weinige) publicaties op dit terrein beperken auteurs zich veelal grotendeels tot een bespreking van de wet of een enkele uitspraak. Het is daardoor voor rechtshulpverleners moeilijk in te schatten wanneer een vordering van een consument in een procedure tegen een reisorganisator kansrijk zal zijn. In deze kroniek, waarin uitspraken worden besproken uit de jaren 2008-2012, wordt getracht enige helderheid te verschaffen. Daarbij zal zo veel mogelijk de volgorde van de regeling van de wettelijke regeling in artikel 7:500-513 BW worden aangehouden. Waar dat voor de rechtsontwikkeling in Nederland nuttig lijkt, worden ook uitspraken van Duitse rechters aangestipt. Niet besproken worden uitspraken die betrekking hebben op schadevergoeding vanwege vertraging van vluchten, voor zover deze voortvloeien uit de daarop betrekking hebbende Europese verordeningen.
Om toegang te krijgen tot het gehele artikel heeft u een abonnement nodig. Meer informatie over de abonnementsvormen en prijzen kunt u hier vinden.
Abonneren op dit tijdschrift