Dit boek is het derde deel van een drieluik, waarin alle facetten van de individuele arbeidsverhouding worden behandeld.
In ‘Individueel arbeidsrecht Deel 3’ komt het ontslagrecht aan de orde. Het ontslagrecht is met ingang van 1 juli 2015 door de Wet werk en zekerheid ingrijpend gewijzigd. Deze wet en de daarop berustende nadere voorschriften en de Wet arbeidsmarkt in balans die opnieuw een aanpassing van het ontslagrecht geeft, worden in dit boek uitgebreid behandeld en waar nodig van commentaar voorzien. Ook wordt aandacht besteed aan de ‘genormaliseerde’ ambtenaar en het nieuwe ontslagrecht. Aan bod komen allereerst de beëindiging met wederzijds goedvinden (beëindigingsovereenkomst) en van rechtswege. Vervolgens worden de ontslaggronden, de beëindiging door opzegging al dan niet met toestemming van het UWV of de cao-ontslagcommissie, de beëindiging door onverwijlde opzegging wegens dringende reden (het ontslag op staande voet) en de opzeg-/beëindigingsverboden behandeld. Daarna komen de ontbinding door de kantonrechter, het herstel van de arbeidsovereenkomst en de vergoedingen in samenhang met het ontslag aan de orde. Het ontslagrecht wordt afgesloten door procedurele aspecten (verzoekschrift, hoger beroep en cassatie). Als laatste wordt het getuigschrift en de referentie behandeld.
Veel aandacht is geschonken aan parlementaire stukken, literatuur en rechtspraak, zodat de uitgave een nuttig naslagwerk is voor de praktijk..
Mr. dr. J. van Drongelen: (emer.) universitair hoofdocent bij de Vakgroep sociaal recht en sociale politiek van de Universiteit van Tilburg, (gepens.) senior wetgevingsjurist bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Mr. dr. S.F.H. Jellinghaus: advocaat bij Pallas Advocaten te Rotterdam en universitair docent bij de vakgroep Private, Business and Labour Law van de Universiteit van Tilburg.
Lijst van afkortingen
Voorwoord
1 Inleiding
1.1 Inleiding
1.2 De bijzondere aard van de arbeidsovereenkomst
1.3 Het stelsel van het beëindigen van de arbeidsovereenkomst
2 De beëindiging met wederzijds goedvinden – de beëindigings- overeenkomst
2.1 Inleiding
2.2 Algemene vereisten voor een beëindigingsovereenkomst
2.3 Wilsgebreken
2.4 Bijzondere voorschriften voor een beëindigingsovereenkomst
2.5 De uitleg van de beëindigingsovereenkomst
2.6 Is de beëindigingsovereenkomst een vaststellingsovereenkomst?
2.7 De rechtsgevolgen van een beëindigingsovereenkomst
3 De beëindiging van rechtswege
3.1 Inleiding
3.2 Beëindiging door het verstrijken van de tijd
3.3 De dood van de werknemer
3.4 De dood van de werkgever
3.5 De aanzegging
3.6 De voortgezette arbeidsovereenkomst die is aangegaan voor bepaalde tijd
4 Ontslaggronden
4.1 Inleiding
4.2 Redelijke ontslaggronden
5 Beëindiging door opzegging (1)
5.1 Inleiding
5.2 Opzegging door de werkgever
5.3 Opzegging door de werknemer
5.4 De gebondenheid aan de opzegging
5.5 De voorwaardelijke opzegging
5.6 Opzegging met terugwerkende kracht
5.7 Het moment van opzeggen
5.8 De wijze van opzeggen
5.9 De opzegtermijnen
5.10 Opzegging van langdurige arbeidsovereenkomsten
5.11Opzegging tijdens de proeftijd
5.12 Opzegging bij faillissement
5.13 Opzegging bij surseance van betaling
5.14 Opzegging bij het toepassen van een schuldsaneringsregeling
6 Beëindiging door opzegging (2) – het toestemmingsvereiste
6.1 Inleiding
6.2 De toestemming van het UWV
6.3 De toestemming van de cao-ontslagcommissie
6.4 Nietige bedingen
7 De opzeg-/beëindigingsverboden
7.1 Inleiding
7.2 Ziekte
7.3 Zwangerschaps- en bevallingsverlof
7.4 (Vervangende) dienstplicht
7.5 Medezeggenschap
7.6 Het lidmaatschap van een vakvereniging en vakbondsactiviteiten
7.7 Het zogenoemde ‘politiek verlof’
7.8 Adoptie- en pleegzorgverlof, kort- en langdurend zorgverlof, ouder- schapsverlof en (aanvullend) geboorteverlof
7.9 Overgang van de onderneming
7.10 Zondagarbeid
7.11 De deskundige werknemer of persoon in de zin van de Arbowet
7.12 Aanpassing van de arbeidsduur, de arbeidsplaats en de werktijd (flexibel werken)
7.13 Gelijke behandeling
7.14 Klokkenluiders
7.15 Uitzonderingen op de opzeg-/beëindigingsverboden
8 De beëindiging door onverwijlde opzegging wegens dringende reden, het ontslag op staande voet 8.1 Inleiding
8.2 De onverwijlde opzegging
8.3 De gelijktijdige mededeling van de dringende reden
8.4 De dringende reden en de omstandigheden van het geval
8.5 Dringende redenen voor de werkgever
8.6 Dringende redenen voor de werknemer
8.7 Nietige bedingen
8.8 Stelplicht en bewijslast
9 Ontbinding van de arbeidsovereenkomst
9.1 Inleiding
9.2 Ontbinding op verzoek van de werkgever
9.3 Ontbinding op verzoek van de werknemer
9.4 Voorwaardelijke ontbinding
9.5 ‘Pro-forma’-ontbinding
9.6 De ontbinding wegens wanprestatie
10 Vernietiging van de opzegging en herstel van de arbeidsovereen- komst
10.1 Inleiding
10.2 Vernietiging door de kantonrechter
10.3 Herstel van de arbeidsovereenkomst
10.4 Nietige bedingen
11 De vergoedingen
11.1 Inleiding
11.2 De zogenoemde ‘gefixeerde schadevergoeding’
11.3 De billijke vergoeding
11.4 Nietige bedingen
11.5 De ontbindingsvergoeding en het overlijden van de werknemer
11.6 De transitievergoeding
11.7 De cumulatiegrond en schadevergoeding
12 Procedurele aspecten
12.1 Inleiding
12.2 Verzoekschriftprocedure
12.3 Termijnen
12.4 Bewijs
12.5 Competentie
12.6 Hoger beroep en beroep in cassatie
12.7 Arbitrage en bindend advies
12.8 Bedrog in een eerdere procedure
13 Getuigschrift en referentie
13.1 Het getuigschrift
13.2 Referentie
Literatuuroverzicht