De rechter staat van oudsher op enige afstand van de maatschappij en de burger. Die afstand is onder meer noodzakelijk om de rechter in staat te stellen om onpartijdig over geschillen te beslissen. In de afgelopen decennia zijn de verwachtingen ten opzichte van de rechter echter aan duidelijke verandering onderhevig. Zo wordt van rechters onder meer in toenemende mate verwacht dat zij oog hebben voor de ontwikkelingen en veranderingen in de maatschappij en dat zij een brugfunctie vervullen tussen het recht en het publiek(e debat). Tevens dienen zij in hun beslissingen aandacht te besteden aan – of in ieder geval oog te hebben voor – het conflict of probleem dat aan het juridisch geschil ten grondslag ligt. Van de moderne rechter wordt daarmee een grote mate van adaptiviteit of aanpassingsvermogen verlangd om een bijdrage te leveren aan het verkleinen van de afstand van de overheid tot de burger en aan het oplossen van maatschappelijke conflicten en problemen.
Het doel van dit themanummer is om de noodzaak en de grenzen van de adaptiviteit van de rechter en de Rechtspraak nader te verkennen om langs die weg meer inzicht te verkrijgen in de mogelijkheid en onmogelijkheid om aan gewijzigde maatschappelijke behoeften en ontwikkelingen gehoor te geven. Als invalshoek om de noodzaak en begrenzing van rechterlijke adaptiviteit te onderzoeken, wordt een zestal disruptieve maatschappelijke ontwikkelingen specifiek onderzocht: de coronapandemie (1); de toeslagenaffaire (2); de opkomst van AI, big data en big tech (3); de problematiek rondom asiel en migratie (4); de problematiek rondom georganiseerde criminaliteit (5) en de veranderingen in de arbeidsmarkt door de opkomst van flexibele arbeidsrelaties (6). Deze thema’s zijn gekozen omdat zij alle in meer of mindere mate nopen tot een herbezinning op in het verleden ontwikkelde werkwijzen en tot het zoeken naar nieuwe manieren voor organisaties om effectief en succesvol te zijn en te blijven. De ontwikkelingen leggen voorts onderliggende problemen in de samenleving bloot, zoals ongelijkheid en het onvermogen van de (centrale) overheid om bepaalde vraagstukken adequaat aan te pakken. Daartoe dient de individuele rechter zich vervolgens weer te verhouden bij de behandeling van zaken en het nemen van beslissingen.
De achterliggende gedachte van de gekozen onderzoeksfocus van dit themanummer is tweeledig. Enerzijds stellen deze disruptieve ontwikkelingen de vraag naar de grenzen van rechterlijke adaptiviteit meer ‘op scherp’. Anderzijds laten deze disruptieve ontwikkelingen ook zien hoe verandering in het rechterlijk bedrijf en de rechterlijke taakuitoefening ook geforceerd (afgedwongen) kan worden. Onder druk wordt alles vloeibaar, zo luidt niet voor niets de uitdrukking. Gegeven deze dubbele onderzoeksfocus staat in dit themanummer de volgende algemene vraag centraal: Hoe gaan de Rechtspraak en de daarin opererende individuele rechter om met disruptieve maatschappelijke ontwikkelingen en wat legt dat bloot over het vermogen en het onvermogen van de Rechtspraak en rechters om zich aan te passen?
INLEIDING
Disruptie en rechterlijke adaptiviteit
Prof. mr. P.S. Bakker, prof. mr. M.J. Dubelaar & prof. dr. R. Tinnevelt
ARTIKELEN
Rechterlijke adaptiviteit en de toeslagenaffaire: de lessen geleerd?
Prof. mr. T. Barkhuysen & mr. dr. M.L. van Emmerik
Rechterlijke adaptiviteit en de opkomst van flexibele arbeidsrelaties
Prof. mr. dr. W.L. Roozendaal & mr. dr. D.M.A. Bij de Vaate
De civiele rechter in tijden van crisis: adaptiviteit en rechtszekerheid in het handelsverkeer
Mr. dr. C.J.W. Baaij & prof. mr. dr. E. Bauw
De strafrechter onder druk. Over disruptie door de georganiseerde criminaliteit en het adaptief vermogen van de rechter
Prof. mr. J.H. Crijns & mr. dr. M. Lochs
Noodzaak van en grenzen aan het aanpassingsvermogen van vreemdelingenrechters
Mr. dr. K.E. Geertsema & prof. dr. A.B. Terlouw
Rechterlijke adaptiviteit en het gebruik van Large Language Models (LLM’s) door de rechter
Prof. dr. A.U. Janssen & prof. dr. P. Ortolani
SLOTANALYSE
Disruptie en rechterlijke adaptiviteit
Prof. mr. P.S. Bakker, prof. mr. M.J. Dubelaar & prof. dr. R. Tinnevelt