Op 1 januari 2025 is in werking getreden de Wet van 6 maart 2024 tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enige andere wetten in verband met de vereenvoudiging en modernisering van het bewijsrecht (Wet vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht) (Stb. 2024, 62).1
Gelukkig bleef veel hetzelfde (zoals de regels voor de verdeling van de bewijslast en de regels betreffende de bewijswaardering), maar op belangrijke punten werden wijzigingen aangebracht. Kort gezegd is verduidelijkt welke mogelijkheden partijen hebben om vooraf en tijdens een civiele procedure informatie te krijgen c.q. te verschaffen over een geschil. Ook hebben de rechter en de partijen meer duidelijkheid gekregen over de ruimte die de rechter tijdens de zitting heeft voor het bespreken van informatie met partijen.
Sommige veranderingen zijn wat ingrijpender dan andere en het is afwachten hoe de praktijk met een aantal wijzigingen zal omgaan. Misschien verandert er op sommige punten niets. Zo is artikel 164 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) (‘Indien een partij als getuige is gehoord, kan haar verklaring omtrent door haar te bewijzen feiten geen bewijs in haar voordeel opleveren, tenzij de verklaring strekt ter aanvulling van onvolledig bewijs.’) geschrapt. Zal dit ertoe leiden dat partijen zichzelf vaker naar voren schuiven als getuige? En zal de rechter meer waarde dan vroeger toekennen aan hun verklaringen? De tijd zal het leren.
Het leek de redactie een goed idee om aan het vernieuwde bewijsrecht een speciaal nummer te wijden met bijdragen van redactieleden en medewerkers. Sommige wijzigingen zullen weinig vragen oproepen, maar bij andere is een toelichting gewenst. Wat zijn de redenen voor de wetgever geweest om tot wijziging over te gaan? En in een aantal gevallen kent de vernieuwde regeling misschien een beperkter of ruimer toepassingsgebied dan op het eerste gezicht lijkt.
Het vernieuwde bewijsrecht
A.W. Jongbloed
Het vernieuwde bewijsrecht en artikel 22 Rv
S. Heeroma
De impact van een goede regierechter
M.J.A.M. Ahsmann
Wet vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht en de dagvaarding
J.M. Veldhuis
Het wie, wat, hoe en wanneer van het nieuwe inzagerecht
M. Huizingh
Een uniform kader voor voorlopige bewijsverrichtingen
M.M. Tak en J.E.V. Bruins
Lost het nieuwe bewijsrecht de problemen bij het bewijsbeslag op?
A.W. Jongbloed
Het proces-verbaal van constatering, eindelijk een ambtshandeling
A.C.J.J.M. Seuren